De klimplant als bondgenoot voor erfgoed
Gevelbegroeiing hoeft niet altijd een slechte zaak te zijn voor een historisch gebouw. Het verkoelend effect van klimplanten is gekend, maar ze kunnen ook een waardevolle bescherming bieden tegen de koude voor onze historische gebouwen. In de winter zijn deze gebouwen vaak onderworpen aan koude temperaturen, wat kan leiden tot vriesschade. Het lichte, isolerende effect van gevelgroen kan het risico op mogelijke vorstschade verminderen en bijdragen tot de bescherming van erfgoed.
De onderzoeksgroep ARCHES van de Universiteit Antwerpen onderzocht twee case studies met klimop, één in Antwerpen en één in Gent. De metingen toonden aan dat klimop het geveloppervlak gemiddeld tot 2.83°C warmer kan houden in vergelijking met niet-begroeide gevels. Bovendien blijkt de kracht van dit isolerend effect te variëren naargelang het type en dichtheid van de begroeiing. Dit temperatuurverschil kan leiden tot minder vries-dooi cycli, een belangrijke oorzaak van schade aan poreuze bouwmaterialen zoals natuursteen of metselwerk.
Hoewel de klimaatopwarming het risico op vorstschade in onze regio doet afnemen, de toepassing van duurzame ingrepen, zoals het plaatsen van na-isolatie, kan het risico op vorstschade onbedoeld verhogen. Als een gevel aan de binnenzijde wordt geïsoleerd, bereikt de warmte van het interieur de buitenzijde van het gevelvlak niet meer. Deze buitenmuur blijft daardoor kouder en wordt gevoeliger voor vorstschade. Ook in zo’n gevallen kan gevelgroen een verrassend positieve rol spelen: het veroorzaakt een lichte stijging in de minimumtemperatuur van het geveloppervlak en vermindert zo het aantal mogelijke vriesperiodes.
Tekst en foto (drie verschillende types klimop geanalyseerd in de case studie in Gent):
Marie De Groeve (ARCHES)