Provincie Vlaams-Brabant blijft inzetten op niet-beschermd waardevol onroerend erfgoed

07/10/2025

De provincieraad van Vlaams-Brabant keurde vandaag het nieuwe ‘Provinciaal subsidiereglement niet-beschermd waardevol onroerend erfgoed’ goed. De provincie blijft op die manier gemeenten en centrale kerkbesturen ondersteunen bij het beheer van hun waardevol, niet-beschermd erfgoed. In het reglement ligt de focus op het identiteitsbepalende karakter van onroerend erfgoed en de bijdrage aan de kernversterking van een dorp of stad.

Het nieuwe reglement ondersteunt de gemeenten en de centrale kerkbesturen bij het beheer van identiteits- en beeldbepalende gebouwen, zoals een stad- of gemeentehuis, een school, een kerk, een kapel, inclusief het waardevol roerend erfgoed. Ook historische landschappen, houtig erfgoed en archeologisch erfgoed komen in aanmerking.

​“We blijven gemeenten stimuleren en ondersteunen in het bepalen, waarderen en preventief beheren van dit erfgoed. Dat doen we met financiële steun, de expertise van Monumentenwacht en het raamcontract voor de Monumentenploegen”, zegt Bart Nevens, gedeputeerde voor erfgoed. “Het nieuwe reglement legt meer nadruk op een strategische erfgoedvisie en een langetermijnplanning. Daarnaast richten we de subsidies gerichter op herstel- en instandhoudingswerken van herbestemde kerken en kerken die een nieuwe bestemming krijgen.”

Gemeenten, OCMW’s en centrale kerkbesturen in Vlaams-Brabant kunnen een aanvraag indienen. Nieuw ten opzichte van het vorige reglement, waarin de publieke functie al een voorwaarde was, moet het onroerend erfgoed van maatschappelijke belang zijn, een bestemming hebben of krijgen die vernieuwend is en/of geen commerciële of andere bestemming hebben die economische opbrengsten oplevert.

Door de gestegen bouwkosten verhoogt het subsidiebedrag naar 40% van een maximale kostprijs van 40.000 euro. Het maximale subsidiebedrag stijgt zo van 8.750 euro naar 16.000 euro. De tussenkomst in de werkuren van de monumentenploegen blijft behouden op 5.000 euro.